vrijdag 30 januari 2009

KHARTOUM

Bestonden de wegen of pistes tot Dongola hoofdzakelijk uit zand, grind en stof, sinds Dongola is er een keurige tweebaans asfaltweg. Dat fietst enerzijds gemakkelijk en het nodigt uit tot opschieten. Anderzijds gaat die weg meestal langs de dorpjes en moet je voor een babbel of koffie dus van de weg af. Het is soms even wikken tussen doorfietsen of pauze nemen.

Mijn slappe lijf gevoel in Dongola zet zich helaas een paar dagen door. Ik vertrek met de 'lunch truck' uit Dongola om alleen het tweede deel van de dag te fietsen. Dat is een goede keus. In de middag rijd ik lekker tot ons volgende kamp bij een irrigatiekanaal. Vanwege de grote hoeveelheid rondom liggende karkassen dopen we het kamp al snel 'Dead Camel Camp'. Per dag wordt het nu merkbaar een graadje warmer. Het zweet van de dag verwijder ik met behulp van een paar vochtige doekjes en flink nawrijven met een ruwe handdoek. Omdat het niet goed is om na twee dagen diarrhee en slapte 160 kilometer door de woestijnhitte te fietsen, rijd ik dag twee na Dongola helemaal met de 'dinner truck'. Onderweg stoppen we gelukkig bij een markt, zodat ik even wat kan drinken en fotograferen. Overal ontmoet je vriendelijkheid, interesse en een poging tot gesprek; een verademing na toeristisch Egypte.

Het is verbazend te zien hoe professioneel het personeel van de dinner truck het kamp opbreekt, vele kilometers verderop een nieuwe stek kiest en het weer opbouwt. Zware klussen die in snel tempo geklaard worden. Als de eerste rijders verschijnen staat de soep alweer te dampen. Iedereen neemt wel een bord of twee. Dan is er tijd om de tent op te zetten, bij te komen, te lezen en wat te schrijven. Meestal ben ik te suf om nog veel nuttigs te doen. Het dagboek bijwerken loopt dan ook wel eens een paar dagen achter.

Woensdag stap ik vol goede moet weer op de fiets. De ochtend valt me zwaar. Vertrekken met een volgevreten maag is sowieso niet zo goed. Na een paar uur heb ik al heel wat water en energiedrank gedronken, een energiereep weggeknaagd en nog een paar biskwietjes. Tijdens het fietsen ontwikkel ik zoveel warmte en krijg ik nog meer van dat laatste van boven ingestraald, waardoor de ingewanden een borrelende brei gaan bevatten welke niet bevorderlijk is voor het welbevinden. Ik kauw bij de lunch dan ook met moeite nog een sandwich naar binnen. Het liefst wil ik alleen koel drinken. Maar ja, hoewel belangrijk, kan ik alleen daarvan niet leven. Weer een middag op de truck dus, want ik wil niet op mijn zijkant buiten de lijntjes belanden.

Donderdag wil ik persé rijden, want dan is de intocht in Khartoum. Ik voel me gelukkig weer stukken sterker, dus dat lukt. Er is voor belangstellenden eerst een tijdrit ingelast. Niets voor mij, dus ik kachel de 66 kilometer naar de lunchstop. Van daaraf rijden we in konvooi eerst door Omdurman, steken via een hoge brug de Witte Nijl over en zien wat van hoogbouw in de centra welke Khartoum heeft. We rijden een idiote route door Zuid Khartoum en belanden uiteindelijk op de 'National Camping Residence'. Na deze bijzonder warme rit (schaduw 39 & zon 46) is iedereen blij van de fiets te kunnen stappen. In dit vakantieoord huist ook een grote groep politiemensen-in-opleiding uit Zuid Khordofan. Al snel heb ik veertig belangstellenden om me heen staan. Ik pak de kaart erbij en zij laten zien waar hun woon- en werkplaatsen zijn. Ik vertel hoe onze route is geweest en verder zal gaan en moet natuurlijk een demonstratie ligfietsen geven. 's Avonds eet ik met een paar rijders in een nabijgelegen 'shopping mall'. De grootste tegenstelling tot nu toe; het is er zeer westers en er zijn allerlei snelle-hap restaurants.

Teruggekeerd bij het kamp blijkt de TL-verlichting boven mijn tent niet uit te gaan; deze nacht dus een (g)eensterren hemel. Maar dan klinkt er ritmische muziek in een verre hoek. Het blijkt dat de politielui een spel aan het spelen zijn. Opgezweept door de muziek moeten ze proberen zolang mogelijk hun evenwicht te bewaren waarbij één voet dicht bij de grond blijft en met de andere voet stevig gestampt wordt. Het lijkt op een rituele dans, maar ze verzekeren mij dat het echt een spel is en dat er eigenlijk geen winnaar of verliezer is. Het gaat om de lol en dat hebben zij en wij zeker. Ik lig pas laat in de lakenzak.

Vandaag eerst de was afgegeven, ontbeten met krakende sesamstengels, yoghurt en mangosap. Per taxi de stad in, waar het nogal doods is, want vrijdag is zondag. Eerst de Blauwe Nijl begroet om vervolgens de St. Mattheuskerk met een bezoek te vereren. Even aandringen om binnen te mogen, maar als dat eenmaal is gelukt, kan ik vrij rondkijken. Er zijn trouwens opvallend veel christelijke kerken in dit islamitische land. Ik loop via een stuk van de markt weer terug naar de Nijl om bij het samenvloeiingspunt van Blauw en Wit te constateren, dat dat weinig spectaculair is. Eerst de politie op de brug trouwens moeten beloven geen foto's te maken. En ik zeg het maar eerlijk: deze belofte heb ik gebroken.

Dan is het weer tijd voor eten en drinken. Een van de talrijke tuinen langs de Blauwe Nijl biedt schaduw, shwarma, koffie, muziek en een aflevering van de nabijgehouden moskee dienst. De minaret geeft enkele seconden na de radio een echo af. Tot het Nationale Museum om 15h00 opengaat werk ik het dagboek een beetje bij. Het eenvoudige museum heeft een kleine opstelling van oudheden. Er is redelijke uitleg over de diverse vindplaatsen en de daar eens bloeiende culturen. Een taxi brengt me naar het internetstekkie dat ik nu weer ga verlaten om een paar borden eten te verwerken. Morgen moet ik immers weer trappen.

Het is hier heerlijk!!

zondag 25 januari 2009

DONGOLA

Ik zit nu in de hitte van het stoffige stadje Dongola aan de Nijl. Het was even zoeken naar het internetcafé. De laatste kilometers gisteren (na mijn eerste lekke band) vloog ik met wind in de rug over het asfalt. En dan sta ik ineens weer aan de Nijl tussen de wirwar van marktkooplui en etensstalletjes, wachtend op een gammele veerboot. Wij mogen na de auto's in groepjes de laatste gaten aan boord vullen. De eerdere bootreis over het Nassermeer is een belevenis. Ik heb een hut met een medefietser. Op de grond bivakkeert er nog één, want de boot is (natuurlijk) overboekt. Aan dek slapen is geen prettige optie vanwege herrie, dieselstank, meereizende wasmachines, TV's en overdwars bivakkerende reizigers. De hut is comfortabel zolang het raam open staat.

Benedendeks lijkt de tweede klasse een vluchtelingenboot; vol, donker, zweet en stank. Het personeel is overal erg vriendelijk en behulpzaam. Het eten en de koffie aan boord smaken goed en beloven veel positiefs voor de komende dagen. Het inladen van de fietsen en onze bagage doen we vlot, maar het duurt nog zes uur voor we uiteindelijk vertrekken want er moet nog meer mee. Dat wordt allemaal door mensenhanden aan boord gesjouwd. Het weer uitladen en de douane in Wadi Halfa zijn identieke ervaringen. Het neemt bijna net zoveel tijd en is door de bureaucratie veel meer handelingen dan handig.



Sindsdien fietsen we vier dagen door de woestijn. Een geweldige belevenis! Soms een stuk asfalt, maar meestal zoals het hoort: zand, stof en helaas soms grind. In dat laatste is door niemand goed te fietsen. Ik ben hier een echte 'off road' ligfietser geworden. We komen door dorpjes en heel af en toe direct aan de Nijl. De dorpjes lijken op het eerste gezicht uitgestorven, maar al naar gelang je verder fietst komen er meer mensen tevoorschijn. Soms stop ik voor een glaasje heerlijke gember koffie en is er een babbeltje, diepgaand wordt dat nooit. Kinderen willen graag een stukje op de fietsen rijden. Zodra ze merken dat dat met mijn ligfiets niet gaat springen ze er weer af op zoek naar een nieuw slachtoffer.

Twee nachten geleden hielden we kamp aan de Nijl en konden we de verleiding tot een verfrissende duik niet weerstaan. Helaas werden we daar ook bestookt door miljoenen vliegjes. Ze kropen echt overal in, bijvoorkeur mijn linkeroor en dat is allesbehalve prettig. De wind is ons steeds gunstig geweest; dat zal nog tegenvallen als het straks ineens tegenwind wordt. De laatste nacht in de woestijn waaide het bovendien zo hard, dat de tenten flink stonden te klapperen en alles onder een laag stof kwam te zitten. Het was sowieso al niet zo zandvrij meer in tent en bagage. Ik keek uit naar een dagje rust en mezelf weer bijwerken. In alle poriën, neus, oren en onder nagels zit stof. De frisheid is ver te zoeken.

Nu bivakkeren we in een gecombineerde kinderspeeltuin/dierentuin-zonder-dieren. Het gras is keurig bijgewerkt en overal liggen tuinslangen. Iedereen doet de was, poetst zichzelf en de fiets en heeft even de gelegenheid wat uit te slapen. Ikzelf ben nu twee dagen verkouden en gisteravond leek mijn gezondheid de verkeerde kant op te gaan. Momenteel gaat het weer. Nu gaat deze bevoorrechte persoon nog even wat in het stadje zien te eten en drinken, fotograferen (want daarvoor heb ik veel te weinig tijd en puf) en dan de rotzooi weer eens ordenen.

zondag 18 januari 2009

ASWAN

Het programma verloopt met gezwinde soepelheid. Veel te snel zijn we vanochtend alweer in Aswan aangekomen. Met veel te snel bedoel ik niet dat de fietssnelheid omlaag moet; die is voor hier wel in orde. Het fietsen gaat goed en is echt geweldig nu we in het Nijldal zijn aangekomen. Het is met al zijn levendigheid zoveel interessanter dan de woestijn. Nee, dit is alweer de laatste dag in Egypte en dat terwijl we pas drie dagen door het meer bewoonde deel daarvan gefietst hebben.

Het is goed weer in Aswan te zijn; dit blijft mijn favoriete plek in Egypte. De sfeer is zoveel relaxter en de Nijl oogt vriendelijker dan waar anders. Zojuist lekker op een terras aan de Nijl geluncht. De weg hierheen raakte slechts enkele keren direct aan de rivier; meestal ligt er een brede strook akkers en palmbomen tussen en is de rivier niet in beeld. Van Luxor vertrokken we gisteren vroeg en om de haverklap waren er dorpjes of stadjes. Lekkere kruidige koffie hebben we gedronken langs de weg in plaatselijke cafétjes. We kwamen tot Idfu. Na aankomst daar heb ik eerst de Horus-tempel bezocht. De toeristenketel is verhevigd, maar aan het eind van de middag was er gelukkig mooi licht en weinig drukte.

De trucks hebben ons gisteravond verlaten. Die rijden nu vooruit om straks op tijd in Wadi Halfa aan te komen. Vorig jaar leverde hun te late aankomst een dag vertraging op en dat willen we dit keer voorkomen. Het betekent wel dat we nu alleen met de meest noodzakelijke spullen (tent, slaapzak en wat kleding) onderweg zijn. Het ontbijt vanochtend werd verzorgd door een lokale falaffelaar. Heel geslaagd!! Over het eten trouwens niets te klagen. Het is voldoende, het smaakt prima en ik val nog geen grammetje af. Ik hoef zelfs niet het dagelijks rantsoen energierepen volledig te consumeren. Water en energiedrank is er ook voldoende.

De groep is een mengeling rijders van allerlei leeftijden en uit verschillende landen. De Canadezen voeren wel de lijst aan in aantal, maar dat is nergens van invloed op. Bijna alle namen van de deelnemers ken ik al en de meesten heb ik kort gesproken. Grondiger kennismaken gaat ongetwijfeld met een flink aantal nog gebeuren. Fietsen doe ik dan eens met de een en dan weer met de ander. Ik rijd ook wel eens alleen.


Morgen hoeven we niet supervroeg op. We vertrekken dan in konvooi voor een korte rit via de Nieuwe Dam naar de veerboot. Als het goed is, komen we overmorgen in de loop van de ochtend in Wadi Halfa aan. Daar verblijven we een nacht, alvorens aan de Nubische woestijn te beginnen. Ik zie daar erg naar uit.

Voorlopig zou er geen internet beschikbaar zijn onderweg (volgens de organisatie) maar wellicht is er over een paar dagen in Dongola toch een onverwachte gelegenheid. Ik ga nu door naar het kamp en de tent opzetten. Tot een volgend bericht maar weer.

vrijdag 16 januari 2009

LUXOR

De eerste zes fietsdagen zitten erop en we zijn gisterochtend in Luxor aangekomen. Die vroege aankomst heeft alles te maken met de haast die in de ochtend gemaakt wordt. Om 06.00 uur gaat de toeter van de truck, maar als je dan begint met wakker worden, opstaan, opfrissen, inpakken, de tent afbreken en ontbijten, ben je een kanjer als dat lukt voor 07.10 uur. En dat is het uur dat de eersten op de fiets stappen. Ik ben meestal een van de laatste en een klein kwartiertje later. Ik heb me dan ook aangewend om mijn eigen wekker wat eerder af te laten gaan en zachtjes alvast aan het ochtendritueel te beginnen. Van die ochtendhaast werd ik in het begin nogal zenuwachtig en als laatste vertrekken werkte ook een beetje demotiverend. Na een paar kilometer trekt het wel bij, want ik rijd meestal wel op de laatste fietsers in. Ik ben dus niet perse als laatste bij de lunchstop of in het volgende kamp.

Het vertrek uit Cairo verliep niet zoals verwacht. We reden eerst met een slakkegangetje naar de pyramides, maar ipv starten bij de Sphinx, werden we naar het achterliggende plateau gedirigeerd. Daar aangekomen wachtte ons koffie, thee en een bonte verzameling koekjes. Van enige officiële toespraak oid was weinig te merken; wel werden er groepsfoto's gemaakt. Een cameraploeg van de TV heeft me geïnterviewd en uitgebreid gefilmd. Misschien ben ik dus op het lokale nieuws geweest. Na veel getreuzel zijn we via de drukke ringweg uiteindelijk de bergen ingereden. Dat viel me gelijk zwaar, want hellingen en tegenwind zijn een onprettige combinatie. Als je dat op de eerste dag al treft, moet je effe doorbijten. Bij de lunchtruck kwam ik weer helemaal bij en de middagrit verliep beter. We waren wel te laat om nog het kamp te bereiken en dus moest de truck ons voor de laatste vijf kilometers in het donker op komen halen.

De wegen door de woestijn zijn niet echt inspirerend. Het verkeer raast al toeterend voorbij, gelukkig wel afstand houdend. Dat toeteren is enerzijds om te laten weten dat zij eraan komen, anderzijds ook een aanmoedigende begroeting. De Condor krijgt alles overtreffende belangstelling; zowat iedereen kijkt nog eens achterom, zelfs komt men langszij rijden, gaan ramen en zelfs deuren open om wat te zeggen, zwaaien, fotograferen of filmen. Bij de politieposten komen we steeds gemakkelijk door. De woestijn is hier niet aantrekkelijk. Er wordt gewerkt aan leidingen, er ligt veel rommel en de mengeling van rotsen en zand doet grauw aan. Er zijn ook nieuwe badplaatsen in aanbouw. Op enige afstand liggen wel bergen, maar in het felle licht en met het vele stof is daar weinig plezier aan te beleven. Soms rijden we dicht langs de Rode Zee en die ziet er wel erg aanlokkelijk uit. De dagen dat we daar in de buurt staan, nemen we even een verfrissende duik.

De dag dat we langs Hurghada rijden, wil ik van de route afwijken om vakantie vierende vrienden te bezoeken. Bij de eerst afslag wil de politie me niet door laten. Een paar kilometer verder bij de volgende afslag lukt het me wel om toestemming te krijgen om de route te verlaten. Er wordt over en weer gebeld en nadat ik beloofd heb 's avonds alsnog in Safaga te zijn, kan ik na een klein kwartier naar het dorp rijden. Aldaar met John en Marnix geluncht en bijgepraat over hun en mijn ervaringen tot dan toe. In Safaga heb ik een hotelkamer genomen. De knieën zijn inmiddels door de eerste pijntjes heen, maar in de linker kuit blijft een spier zeer doen. De ochtend terug de bergen in wil ik de belasting daarop niet vergroten en neem ik de lunchtruck. Ik help bij het klaarmaken van de lunch en vertrek pas weer per fiets nadat de eerste rijders zijn doorgereden. Windje mee en veel naar beneden is dat geen zware opgave.

Gisteren was het laatste stukje woestijn snel voorbij en reden we bij Qena het Nijldal in. Langs een irrigatiekanaal, langs velden vol suikerriet, kool en andere groenten, door dorpen met joelende kinderen bereikten we al voor het middaguur Luxor. Dan hebben we dus al ontbeten, geluncht, zitten er 94 fietskilometers op en hebben we nog een halve dag voor ons. Zie hier hoe gehaast alles kan gaan. De kinderen zwaaien en schreeuwen enthousiast. Soms worden we belaagd met doeken, een stuk suikerriet en een keer hoor ik een steen op de weg belanden. De volwassenen gedragen zich beter en heffen verwonderd beide handen richting hemel bij het zien van mijn fiets.

In Luxor staan we hutje-mutje in de tuin van een aftands hotel. We hebben hier anderhalve dag de tijd voor de was (laat ik doen), tassen hergroeperen en wat van de bezienswaardigheden van Luxor te bezoeken. Dat laatste hoef ik maar met mate te doen, want ik bewaar goede herinneringen aan vorige bezoeken. En Luxor is inmiddels Luxor niet meer; de eens stoffige Corniche is nu geasfalteerd en heeft verkeerslichten. Er is druk verkeer en het uitzicht op de Nijl wordt verpest door vijf rijen dik afgemeerde cruiseschepen, die zo te zien weinig klandizie hebben.

Ik ga nu snel de meest noodzakelijke dingen doen, de schoenlapper met een bezoek verblijden en waarschijnlijk nog het museum en de tempels van Karnak en Luxor bezoeken.

vrijdag 9 januari 2009

CAIRO

Op het moment dat ik de voordeur sluit worden de zenuwen al minder. Bijna alles is toch tijdig klaar en de rest kan wachten. Voorspoedige vlucht gehad en bij aankomst is er direct Egypte; opdringere kruiers, onverantwoord zwaar beladen busje naar het hotel en inefficiënt werkende receptie. Uiteindelijk lig ik om 05h45 in bed en heb nog drie uren geslapen. Het ontbijt is echt Egyptisch; de Europese gerechten een slecht aftreksel, dus een goede reden om me gelijk op de lokale specialiteiten te storten. En ontbijten kan ik!!

Het hotel is een mengeling van lokaal en westers comfort. Ik taal niet naar liggen aan het zwembad, maar het ziet er wel prachtig uit. Vanaf het dak is er uitzicht op de pyramides van Gizeh. 's Middags twintig minuten per taxi daarheen en omdat het tegen sluitingstijd is, is het heerlijk rustig. In de loop van de dag ontmoet ik steeds meer deelnemers en de stemming zit er bij iedereen goed in.

Donderdagochtend is er een eerste officiële gezamenlijke activiteit; iedereen wordt om 08h00 aan het ontbijt verwacht. Daarna is er gelegenheid om je fiets te laten controleren of in elkaar te laten zetten als je dat zelf niet kunt. Het verbaast me dat zoveel mensen hulp nodig hebben hierbij. Anderzijds is het wel prettig je te laten assisteren, want er staan echte werkstandaards, dus dat vergemakkelijkt de boel. Bij de diverse maaltijden steeds weer met anderen aan tafel. Dat zijn goede gelegenheden om meer deelnemers te ontmoeten. Ik slaap steeds wat beter en de eerdere zenuwen maken nu echt plaats voor een onbestemde aandrang te vertrekken. Gisteren een klein ritje met de meeste anderen gemaakt naar Abu Sir. De belangstelling vanuit de lokale bevolking is overweldigend, de kinderen soms te opdringerig en de ezelkarren talrijk. Inmiddels is er twee keer een 'rider's meeting' geweest en vanavond gaan we de trucks inladen. Alle instructies zijn volledig en duidelijk en niets staat het vertrek wat mij betreft nog in de weg.

dinsdag 6 januari 2009

HET FIETSVAKANTIELIED

In 2006 fietsten Ferdinand en ik naar de Middellandse Zee. Later datzelfde jaar kreeg ik ter ere van mijn verjaardag zijn ontroerende lied voorgedragen. Lees en begrijp waarom het nog steeds actueel is.

HET FIETSVAKANTIELIED

als je zover kunt pedaleren
dan moet je echt wel lenig zijn
en hoewel je liggend durft verkeren
is de luiheid enkel schijn
je kleeft vast aan je pedaal
en roept uit : fenomenaal
dat ik dit toch mag bereiken
het applaus klinkt aan de kant
franse bewondering in dit land
van verstilde achterblijvers

ik wil dit ook
zo vrij, zo los, zo ergens ver naar toe
een doel op afstand, God weet waar en hoe
de zee zal zijn, hoe ver de waterkant
de eerste stappen op het laatste strand

als je zo gauw de weg kunt vinden
en je zo snel een berg bedwingt
zie je het spoor van de beminden
die je zomaar ergens vindt
en ook al rijd je dan verkeerd
er is één ding dat je leert
het doel is enkel maar een reden
om veel buitenshuis te gaan
waar een vriendschap kan ontstaan
je schept meer toekomst dan verleden

ik wil dit ook
zo vrij, zo los, zo ergens ver naar toe
een doel op stand, God weet waar en hoe
de zee zal zijn, hoe ver de waterkant
de eerste stappen op het laatste strand

als je het zo weet vol te houden
vind je de zeekust als de grens
daarachter kun je niets vertrouwen
want het water draagt geen mens
je zult zien het is niet waar
want het einde ligt niet daar
hier gaat het eindelijk beginnen
geef je over aan de zee
de stroming voert je dromen mee
en doet je nieuwe landen vinden

ik wil dit ook
zo vrij, zo los, zo ergens ver naar toe
een doel op afstand, God weet waar en hoe
de zee zal zijn, hoe ver de waterkant
de laatste stappen op het laatste strand

maandag 5 januari 2009

BEDANKT

De reis gaat aanstonds beginnen. Een klein jaar van minder en meer intensief voorbereiden is voorbij. De laatste lootjes zijn best pittig.

Ik dank iedereen die aan de voorbereiding een steentje heeft bijgedragen. Speciaal heb ik veel gehad aan de weblogs en adviezen van Jenny & Kees, Henk & Louise en Gwen & Hans. Ook uit andere bronnen kwam veel nuttige informatie. Alle beetjes bij elkaar waren goed voor het bereiken van dit stadium en daardoor zal ik liggend op de fiets hopelijk weinig onplezierige verrassingen krijgen.

Ook dank voor alle giften ten behoeve van Cycling out of Poverty tot nu toe. De bankrekening is natuurlijk nog lang niet vol; stort dus gerust nog tot ik in mei weer terug ben.

Ik ga nu even fietsen, want daar was het toch om te doen.